Kenmerken
van Voorlezen-plus®
Vorm
- Een Voorlezen-plus boek is een grote doos met daarop een korte titel en een voelbaar symbool.
- Het verhaal bestaat uit (maximaal) zeven losse pagina’s van stevig wit karton in A3 formaat.
- Een voorwerp op elke pagina stimuleert één of meer zintuigen.
- De verhaaltekst bestaat uit maximaal twee korte, eenvoudige zinnen per pagina.
Materialen die wij gebruiken (niet bij ons te koop):
Rode koffer:
Schoenenkast Trones van Ikea waar wij zelf een handvat op zetten. De rode zijn echter uit de collectie. Ze zijn er nog wel in andere kleuren.
Witte bladen:
Screenboard A3, 2 mm, te koop bij Vlieger papier in Amsterdam.
Rode knoppen:
Rode talking tin praatknop van Eelke Verschuur. Klittenband:
Zelfklevend klittenband Hema of Jan de Kleinvakman in Amsterdam.
Inhoud
- Mensen die de luisteraar goed kennen (bijvoorbeeld ouders en begeleiders) maken samen het verhaal.
- Het onderwerp van het verhaal heeft betrekking op echte ervaringen uit het leven van de persoon. Veelal gaat het verhaal over een activiteit waar de luisteraar plezier aan beleeft. Bijvoorbeeld in bad gaan, feest vieren, naar het strand, de kinderboerderij of een voetbalwedstrijd gaan.
- Indien gewenst kunnen leerdoelen in het verhaal worden verwerkt. Bijv. even leren wachten, verschil groot/klein ontdekken, handmotoriek ontwikkelen.
Presentatie
- Het voorlezen van het verhaal gebeurt altijd op dezelfde manier, in dezelfde volgorde, met veel intonatie in de stem en in een laag tempo.
- Het lezen is een interactief proces. De voorlezer moedigt de luisteraar aan de voorwerpen te onderzoeken (bijvoorbeeld een knop met geluid indrukken, voelen aan een knuffelbeest, ruiken aan de geur van badschuim). Herhaling leidt tot herkenbaarheid en voorspelbaarheid.
Werkwijze
-
Kenmerkend voor Voorlezen-plus is dat het verhaal wordt ontwikkeld volgens de zeven-stappen-methodiek in een traject van drie bijeenkomsten met verwanten, begeleiders en overige betrokkenen (bijvoorbeeld therapeuten).